Een nieuw schooljaar! Hoe manage je de sociale dynamiek in een nieuwe klas?

De zomervakantie komt eraan! Op scholen wordt het jaar weer afgerond en de bezetting van de klassen voor het nieuwe schooljaar wordt alweer bekeken. Schoolteams kijken welke leerlingen na de zomervakantie bij elkaar in de klas komen en welke leerkracht voor welke groep komt te staan. Dat is niet onbelangrijk, want de samenstelling van de klas en de leerkracht die voor de groep staat, spelen een grote rol in de sociale dynamiek in de groep. Op deze manier kunnen beslissingen van vóór de zomervakantie nog een heel schooljaar doorwerken. 


Afbeelding van Tumisu via Pixabay

Als leerkracht wil je natuurlijk niets liever dan een klas met een positieve sociale dynamiek, waarin kinderen aardig zijn voor elkaar, met elkaar samenwerken en waar geen kinderen buitengesloten of gepest worden. Dit is niet alleen een fijn klassenklimaat om tot leren te komen, maar draagt ook positief bij aan de sociale- emotionele- en gedragsontwikkeling van kinderen op de langere termijn (Farmer et al., 2019). Soms ontwikkelen klassen echter een negatieve sociale dynamiek. Er zijn dan meer kinderen die onrust stoken, kinderen versterken elkaar in negatief gedrag en niet alle kinderen worden in de klas door elkaar geaccepteerd. Kinderen die net wat anders zijn dan de rest, door hoe ze eruit zien, of hun gedrag, lopen extra risico om buiten de boot te vallen (Farmer et al., 2019). Fijn dus als beslissingen over de groepssamenstelling bij kunnen dragen aan een prettigere sociale dynamiek in de klas. Maar waar kun je nu het beste op letten bij het samenstellen van de klassen? 

Een belangrijke aandrijver van een negatieve sociale dynamiek is het aantal kinderen in de klas dat populair en cool wil zijn (sociaal dominante kinderen). Veel leerkrachten zullen deze “haantjes” in de klas wel herkennen. Deze “haantjes” gebruiken vaak zowel prosociale als agressieve tactieken om hun leiderspositie te verkrijgen en te behouden (Farmer et al., 2019). Zij zorgen daarmee voor een sterkere hiërarchie in de klas (Laninga-Wijnen et al., 2020), waarin ze bovenaan staan, of hun best doen om daar te komen. Dit kan ten koste gaan van andere kinderen in de klas. Hoe meer van deze “haantjes” bij elkaar, hoe sterker de hiërarchie in de klas wordt (zie Laninga-Wijnen et al., 2020). Tegelijkertijd dragen deze kinderen vaak de norm uit dat hun agressieve tactieken juist cool zijn en dat je erbij kan horen als je ook zulk gedrag laat zien (zie Veenstra et al., 2018). Kinderen lager in de sociale hiërarchie lopen het risico te worden buitengesloten of afgewezen (zie Farmer et al., 2019). Alles bij elkaar een goede reden om te kijken of je in nieuwe klassen kan zorgen dat er niet teveel van deze sociaal dominante “haantjes” bij elkaar komen te zitten. 

Natuurlijk is er niet altijd een keus. Soms start je een jaar en weet je vooraf al dat het weleens een pittige klus kan gaan worden qua sociale dynamiek in de klas. Gelukkig ben je als leerkracht ook onderdeel van deze dynamiek en zijn er mogelijkheden om deze te beïnvloeden. Zo kan het helpen om samen met de klas prosociale regels op te stellen, zoals aardig zijn voor elkaar en elkaar helpen. Zeker als de populaire kinderen juist een actieve rol in het bevorderen van prosociaal gedrag kunnen krijgen, kan dit effectief zijn (Laninga-Wijnen & Overbeek, 2021). Ook het stimuleren van empathie voor elkaar lijkt op basis van pestinterventies een effectieve ingreep (Garandeau et al., 2016). Daarnaast kan het raadzaam zijn om populaire kinderen niet klassikaal op hun negatieve gedrag aan te spreken, omdat zij hiermee juist aan status kunnen winnen (De Laet et al., 2014). Spreek ze liever van dichtbij, 1-op-1 aan op gedrag. Met een goede start kun je zo de dynamiek in je klas een positieve draai geven. 

Een goede klassenindeling kan je op weg helpen naar een positieve sociale dynamiek in de klas, maar wees niet benauwd voor het volgende schooljaar als de indeling minder optimaal is. Het kan dan hard werken zijn, en een goed plan is op zijn plaats, maar als leerkracht heb je zeker de tools om de sociale dynamiek te beïnvloeden!


Referenties

De Laet, S., Doumen, S., Vervoort, E., Colpin, H., Van Leeuwen, K., Goossens, L., & Verschueren, K. (2014). Transactional links between teacher–child relationship quality and perceived versus sociometric popularity: A three‐wave longitudinal study. Child Development, 85(4), 1647-1662. https://doi.org/10.1111/cdev.12216 

Farmer, T. W., Hamm, J. V., Dawes, M., Barko-Alva, K., & Cross, J. R. (2019). Promoting inclusive communities in diverse classrooms: Teacher attunement and social dynamics management. Educational Psychologist, 54(4), 286-305. https://doi.org/10.1080/00461520.2019.1635020 

Garandeau, C. F., Vartio, A., Poskiparta, E., & Salmivalli, C. (2016). School bullies’ intention to change behavior following teacher interventions: Effects of empathy arousal, condemning of bullying, and blaming of the perpetrator. Prevention Science, 17(8), 1034–1043. https://doi.org/10.1007/s11121-016-0712-x 

Laninga-Wijnen, L., Harakeh, Z., Dijkstra, J. K., Veenstra, R., & Vollebergh, W. (2020). Who sets the aggressive popularity norm in classrooms? It’s the number and strength of aggressive, prosocial, and bi-strategic adolescents. Journal of Abnormal Child Psychology, 48(1), 13-27. https://doi.org/10.1007/s10802-019-00571-0 

Laninga-Wijnen, L., & Overbeek, G. (2021). Wie zet de norm? Populaire jongeren als mogelijke sleutel naar positievere klassen in het middelbaar onderwijs. Stichting School en Veiligheid. https://www.schoolenveiligheid.nl/wp-content/uploads/2021/05/Populaire-j...

Veenstra, R., Dijkstra, J. K., & Kreager, D. A. (2018). Pathways, networks, and norms: A sociological perspective on peer research. In W. M. Bukowski, B. Laursen, & K. H. Rubin (Eds.), Handbook of peer interactions, relationships, and groups (pp. 45–63). The Guilford Press.