Moraliteit begon niet in de mens, maar in het spelende dier
Wij mensen onderschatten vaak hoeveel we gemeen hebben met andere dieren. Veel mensen zien moraliteit als iets dat alleen wij hebben – iets dat door ons verstand is bedacht. Maar dat klopt niet. Steeds meer onderzoek laat zien dat moraliteit niet pas is begonnen in de mens met religie, wetten of filosofie, maar in het dierenrijk. Van jonge wolven die hun beet leren te doseren tot apen die leren delen, dieren leren tijdens spel wat eerlijk, vriendelijk en gepast gedrag is.
Afbeelding van PexelsEmpathie, altruisme en eerlijkheid onder dieren
Bij moraliteit wordt vaak gedacht aan empathie (meeleven met anderen) en altruisme (helpen zonder eigen voordeel), gedrag dat bij veel dieren voorkomt. Zo weigeren rhesusaapjes voedsel als een soortgenoot daarvoor een schokje krijgt, en redden ratten hun soortgenoten uit een waterbak wanneer die zichtbaar gestrest zijn, zelfs zonder direct sociaal contact, wat laat zien dat ze dit uit empathie deden en niet uit eigenbelang (Ballesta et al., 2015; Sato et al., 2015; Schwarts et al., 2017). Ook troosten dieren elkaar: olifanten aaien gestreste familieleden met hun slurf (na bijvoorbeeld een ruzie of verwonding), dolfijnen blijven dicht bij een gewonde soortgenoot, honden likken hun maatjes en zelfs woelmuizen zullen spanning bij een gestreste partner proberen te verminderen door deze extra lang te likken en verzorgen (Plotnik & de Waal, 2014; Yamamoto et al., 2015; Cools et al., 2008; Burkett et al., 2016).
Ook eerlijk delen is een norm die diep in onze evolutie verankerd ligt. Wanneer twee kapucijnapen hetzelfde werk doen en beide een komkommer krijgen, is er geen probleem. Maar zodra één aap een druif (een lekkernij) krijgt en de ander slechts een komkommer, gooit de benadeelde aap de komkommer boos weg of weigert verder mee te werken (Brosnan et al., 2005, 2014). Opmerkelijk genoeg reageert ook de aap die de druif kreeg soms negatief op deze ongelijkheid, wat kan komen door empathie, maar ook uit angst voor de sociale gevolgen, want veel diersoorten straffen overtredingen van groeps normen streng met agressie. Dieren hoeven dus niet abstract te kunnen redeneren om zich moreel te kunnen gedragen. Zolang ze maar hun gedrag kunnen reguleren aan de hand van morele intuities en emoties; net zoals bij de mens, gezien ook onze morele reacties meestal automatisch komen, waarna ons verstand slechts gebruikt wordt om deze automatische reacties achteraf te rechtvaardigen (Haidt, 2001, 2012).
Spelenderwijs leren over goed en kwaad
Empathie, altruisme en eerlijkheid zijn echter niet aangeboren, maar moeten worden geleerd. Moraliteit gaat dan ook over het leren toepassen van gepast gedrag in de juiste (sociale) context – vaardigheden die bij dieren worden geleerd tijdens sociaal spel. Sociaal spel is uiterst plezierig en bevat gedragspatronen die ook in andere, serieuzere contexten voorkomen, zoals jagen, verdedigen, samenwerken en conflict (Palagi et al., 2016). Om te voorkomen dat een spel escaleert tot een gevecht, moeten dieren leren welk gedrag (on)acceptabel is voor hunzelf en hun speelpartner, én hoe ze speelse intenties duidelijk kunnen communiceren, zodat een iets te harde duw niet meteen als ruzie-zoekend gedrag wordt gezien.
Tijdens spel houden dieren dan ook voortdurend contact via korte blikken of complexe vocalisaties, zoals gezang, gepiep of geblaf - meestal met een relatief hogere pitch dan gebruikelijk (zoals menselijk gelach). Als teken van speelsheid rollen honden op hun rug of ‘buigen’ naar elkaar, draaien dolfijnen om hun as, duwen walvissen elkaar zachtjes, snuffelen ratten elkaar in de nek of rollen op hun rug, en laten apen en zeeleeuwen hun mond ontspannen openhangen (Palagi et al., 2016; Norman et al., 2015; Llamazares-Martin et al., 2017; Pellis et al., 2022). Hoe vaker deze speelsignalen beurtelings worden gecommuniceerd door de speelpartners, hoe langer het spel zal duren (Llamazares-Martin et al., 2017). Speelsignalen worden dus gebruikt om het spel in goede banen te lijden.
Tolerantie en gelijkheid
Spel loopt echter vaak genoeg uit de hand, met name wanneer beide speelpartners nog jong en onervaren zijn. Succesvol spelen vereist een empathische gevoeligheid voor de (emotionele) grenzen van de ander, iets wat dieren leren door vallen en opstaan. Daarbij leren ze tolerantie ontwikkelen voor misverstanden en conflicten. Is het spel toch geëscaleerd? Dan tonen veel dieren verzoeningsgedrag: zo zoeken paarden, wolven, en gorilla’s binnen 10 minuten na een conflict toenadering om de band te herstellen (Cordoni et al., 2008; Cozzi et al., 2010). Niet verrassend, want diersoorten met veel spontaan speelgedrag, zijn over het algemeen toleranter, vergevingsgezinder, beter in samenwerken en hebben een mildere sociale hiërarchie dan soorten met weinig speelgedrag (Palagi, 2016). Maar naast duidelijke communicatie en tolerantie (voor wanneer het misgaat), is er nog één belangrijk ingredient om spelen leuk te houden, en dat is een eerlijke rolverdeling.
Beide speelpartners moeten de kans krijgen de overhand te krijgen - om “te winnen”- ongeacht verschillen in kracht of status tussen speelpartners (Pellis et al. 2024). Zo kan een ‘sterker’ dier bewust zijn kracht inhouden zodat het ‘zwakkere’ dier ook een kans krijgt, zoals ouders zich inhouden bij het stoeien met hun kinderen. Dit fenomeen staat bekend als zelf-handicapping en is waargenomen in bijna alle spelende dieren, van kangoeroes tot dolfijnen (Watson & Croft, 1996; Lutz et al., 2017; Palagi, 2012; Hawley, 2015: Ham et al., 2023). In ratten, bijvoorbeeld, duwt de winnende rat normaalgesproken met zijn voorpoten de verliezende rat op de rug, terwijl zijn achterpootjes nog gebalanceerd op de grond staan. Maar wanneer de ‘sterkere’ rat al voor langere tijd de overhand heeft, zie je vaak dat hij met alle vier de poten op de verliezende rat gaat staan: hierdoor verliest hij zijn balans en stijgt de kans op een succesvolle tegenaanval (en dus rolwisseling) van 30% naar 70% (Pellis et al., 2017).
Conclusie
Moraliteit is geen plotselinge sprong in de menselijke evolutie, maar het resultaat van een diepgewortelde sociale erfenis. In talloze diersoorten zien we dezelfde bouwstenen van moreel gedrag: empathie bij olifanten, rechtvaardigheidsgevoel bij apen, zelfbeheersing bij honden, en verzoening bij paarden. Geen rat, dolfijn, aap of peuter zal spelen om zo moreler te worden, maar door te spelen leren zij - net als wij – de morele beginselen van empathie, samenwerking, eerlijkheid, vergiffenis en zelfcontrole. Moraliteit is daarmee niet het tegenovergestelde van onze dierlijke natuur, maar juist haar voortzetting.
Literatuurlijst
Ballesta, S., & Duhamel, J. R. (2015). Rudimentary empathy in macaques’ social decision-making. Proceedings of the National Academy of Sciences, 112(50), 15516-15521.
Sato, N., Tan, L., Tate, K., & Okada, M. (2015). Rats demonstrate helping behavior toward a soaked conspecific. Animal cognition, 18(5), 1039-1047.
Schwartz, L. P., Silberberg, A., Casey, A. H., Kearns, D. N., & Slotnick, B. (2017). Does a rat release a soaked conspecific due to empathy?. Animal Cognition, 20(2), 299-308.
Plotnik, J. M., & De Waal, F. B. (2014). Asian elephants (Elephas maximus) reassure others in distress. PeerJ, 2, e278.
Yamamoto, C., Morisaka, T., Furuta, K., Ishibashi, T., Yoshida, A., Taki, M., ... & Amano, M. (2015). Post-conflict affiliation as conflict management in captive bottlenose dolphins (Tursiops truncatus). Scientific Reports, 5(1), 14275.
Cools, A. K., Van Hout, A. J. M., & Nelissen, M. H. (2008). Canine reconciliation and third‐party‐initiated postconflict affiliation: do peacemaking social mechanisms in dogs rival those of higher primates?. Ethology, 114(1), 53-63.
Burkett, J. P., Andari, E., Johnson, Z. V., Curry, D. C., de Waal, F. B., & Young, L. J. (2016). Oxytocin-dependent consolation behavior in rodents. Science, 351(6271), 375-378.
Brosnan, S. F., Schiff, H. C., & De Waal, F. B. (2005). Tolerance for inequity may increase with social closeness in chimpanzees. Proceedings of the Royal Society B: Biological Sciences, 272(1560), 253-258.
Brosnan, S. F., & De Waal, F. B. (2014). Evolution of responses to (un) fairness. Science, 346(6207), 1251776.
Haidt, J. (2001). The emotional dog and its rational tail: a social intuitionist approach to moral judgment. Psychological review, 108(4), 814.
Haidt, J. (2012). The righteous mind: Why good people are divided by politics and religion. Vintage.
Palagi, E., Cordoni, G., Demuru, E., & Bekoff, M. (2016). Fair play and its connection with social tolerance, reciprocity and the ethology of peace. Behaviour, 153(9-11), 1195-1216.
Norman, K., Pellis, S., Barrett, L., & Henzi, S. P. (2015). Down but not out: Supine postures as facilitators of play in domestic dogs. Behavioural processes, 110, 88-95.
Llamazares-Martin, C., Scopa, C., Guillen-Salazar, F., & Palagi, E. (2017). Relaxed open mouth reciprocity favours playful contacts in South American sea lions (Otaria flavescens). Behavioural Processes, 140, 87-95.
Pellis, S. M., Pellis, V. C., & Ham, J. R. (2024). Play fighting revisited: its design features and how they shape our understanding of its mechanisms and functions. Frontiers in Ethology, 3, 1362052.
Cordoni, G., & Palagi, E. (2008). Reconciliation in wolves (Canis lupus): new evidence for a comparative perspective. Ethology, 114(3), 298-308.
Cozzi, A., Sighieri, C., Gazzano, A., Nicol, C. J., & Baragli, P. (2010). Post-conflict friendly reunion in a permanent group of horses (Equus caballus). Behavioural processes, 85(2), 185-190.
Watson, D. M., & Croft, D. B. (1996). Age‐related Differences in Playfighting Strategies of Captive Male Red‐necked Wallabies (Macropus rufogriseus banksianus). Ethology, 102(2), 336-346.
Lutz, M. C., & Judge, P. G. (2017). Self-handicapping during play fighting in capuchin monkeys (Cebus apella). Behaviour, 154(9-10), 909-938.
Ciani, F., Dall'Olio, S., Stanyon, R., & Palagi, E. (2012). Social tolerance and adult play in macaque societies: a comparison with different human cultures. Animal Behaviour, 84(6), 1313-1322.
Hawley, C. R. (2015). Self-handicapping play in mountain gorillas (Gorilla beringei beringei): how play stimulates emotional regulation.
Pellis, S. M., & Pellis, V. C. (2017). What is play fighting and what is it good for?. Learning & behavior, 45(4), 355-366.
Ham, J. R., Lilley, M. K., Miller, M. R., Leca, J. B., Pellis, S. M., & Manitzas Hill, H. M. (2023). Self-handicapping in object play: How belugas (Delphinapterus leucas) make play difficult. International Journal of Play, 12(1), 67-80.


